Datum: 9 oktober 2018
Categorie: uitvaart, rituelen
‘Wilt u de overledene zelf wassen en verzorgen?’ Deze vraag werp ik bij elke uitvaart voorzichtig op. Sommige mensen vinden het fijner als ik de laatste verzorging doe, maar het kan heel mooi zijn als de familie meehelpt. Uiteindelijk kennen zij hun dierbare het beste. Ze weten hoe moeder haar haar kamde, welke sieraden ze droeg en hoe ze haar sjaaltje knoopte. Het heeft ook een ander doel: het doorleven van het besef dat iemand dood is. Als iemand mantelzorg heeft verleend zet zo'n laatste verzorging een symbolisch punt achter het zorgen.
De afgelopen jaren heb ik unieke afscheidsrituelen bijgewoond in gezinnen met verschillende culturen. Het is heel inspirerend en bijzonder. Zo begeleidde ik een paar jaar geleden de uitvaart van een meisje van midden twintig. Samen met haar zus was ze vanuit Suriname naar Nederland gekomen om te studeren. Ze was met haar vriendje onderweg naar de uitreiking van haar bul toen ze niet lekker werd. Ze had pijn in haar arm en dacht dat ze griep had, maar voor de zekerheid reed ze toch naar de eerste hulp van het VU. Daar kwam zij direct te overlijden, aan een longembolie. Haar ouders waren gekomen om haar diploma te vieren en moesten terug naar Suriname met hun kind in het vrachtruim.
Er werd geneuried, en er werden melodieën gezongen
Voor het vervoer naar het buitenland moet een lichaam worden gebalsemd. De balseming en rituele wassing vond plaats in het AMC. Ik kende de familie al lang, en bleef erbij, als een soort vertrouwenspersoon en vertegenwoordiger. De moeder, de tantes en de zus kwamen allemaal naar het ziekenhuis. Ze hadden ook de wasgroep gebeld, dat zijn speciale mensen uit de gemeenschap die overledenen verzorgen. Het duurde lang voor ze kwamen. Maar in een ziekenhuis hebben ze daar natuurlijk niet echt ruimte voor. We konden niet langer wachten, dus ik zei: dames, zullen we de wasgroep afbellen? Zullen wij het gewoon als vrouwen onder elkaar doen? Dat is een goed idee Antoinette! zeiden ze. Ik had nog nooit een rituele wassing gedaan, maar ik dacht ik doe het maar gewoon op gevoel. Ik word vanzelf wel bijgestuurd. De oudste stond op en nam de leiding. Als een kudde olifanten gingen we aan de slag. We deden allemaal een witte doek over onze kleding. Er werd geneuried, en er werden allemaal melodieën gezongen. Gelukkig pikte ik dat zo op. Er werd een laken over het lichaam gelegd, en daarna begon de wassing. Sommige mensen gingen met hun handen onder het laken, en anderen goten water op het laken. Haar gezicht en handen werden gewassen, maar het ging vooral om het mooi maken van het lichaam. De één ging de nagels lakken, de ander kamde de haren.
Het verdriet sloeg om naar trots en een gevoel van saamhorigheid
Na de wassing pakten wij met zijn allen het lichaam op, en al dansend, twee stapjes vooruit en één stapje terug, gingen we naar de kist en tilden haar erin. We kregen allemaal een soort drankje en daarmee werd een soort toast uitgebracht om de goden gunstig te stemmen. Iedereen zei na afloop: wat was dat mooi. We hebben eigenlijk helemaal geen wasgroep nodig. Wij kunnen dit prima zelf! De trots van die vrouwen was mijn grootste cadeau. In eerste instantie jammerden ze. Daarna sloeg het verdriet om naar trots en een gevoel van saamhorigheid. Dit doen wij met zijn allen voor mijn dochter. Ik zag een soort oerkracht bij die vrouwen. Ze kregen kracht door het delen. Na afloop werd er samen gehuild, gelachen en gegeten.
De Surinaamse gemeenschap rond deze familie was heel gesloten en hecht. Dag en nacht is er bij de kist gewaakt. Het was een groepsverlies. De hele gemeenschap was in rouw. Bij de uitvaart waren honderden gasten aanwezig. Ik vond het bijzonder dat ik hier onderdeel van mocht zijn. De uitvaart is inmiddels al een paar jaar geleden, maar er is nog steeds een lijntje. Elk jaar rond die dag belt iemand uit de familie me, of krijg ik een kaartje opgestuurd.